Wat als je een zintuig mist




























Wat als... er een blind kindje in de klas zou komen? Hoe kunnen we onze nieuwe vriend dan helpen? Eerst stellen we ons voor hoe het is om blind te zijn. Mensen die niet kunnen zien, luisteren veel beter dan wij. We sluiten onze ogen, maken het heel stil en luisteren ... we merken op dat we dingen horen in de klas waar we normaal niet op letten. We horen de juf in de klas hiernaast, we horen het verkeer, we horen zelfs dat de chauffage soms een licht tikkend geluid maakt. 
Met gesloten ogen proberen we onze schoolspullen te herkennen. Onze drinkbus, pennenzak, getallendoosje, slijper en zo verder zoeken blijkt vlot te gaan. We gebruiken nu onze tastzin. Maar wat als juf ons vraagt om een blauwe stift uit te halen? Of een groene of rode? Dat lukt niet. Wat zouden we kunnen  verzinnen om ons blinde vriendje hiermee te helpen? Hulp aan iemand vragen mag niet want hij moet het ook kunnen als hij alleen is. De stiften moeten ook meegenomen kunnen worden in een gewone pennenzak. In kleine groepjes moeten we iets bedenken. Op het einde van de week wordt iedereen geblinddoekt en moeten we kunnen zeggen welke kleur de stift heeft die juf in onze handen legt. Als dat lukt, is onze opdracht geslaagd! We overleggen en proberen uit. Vrijdag stellen we vast dat er heel wat leuke oplossingen zijn bedacht. De ene al praktischer dan de andere. Een propje zakdoeken aan de stift plakken, blijkt wel even te lukken maar we stellen vast dat de zakdoekjes niet goed blijven zitten. Een potlood of een gom of een ander voorwerp aan de stift binden, werkt ook. Maar nu is het niet meer zo handig om met die stiften te kleuren. Een systeem van elastiekjes en/of plakkertjes in verschillende vormen blijken de beste oplossing te zijn. Zo hebben we toch iets gevonden om een blind vriendje te helpen! Opdracht geslaagd!!!
 

Reacties